Wanneer een werknemer door diverse omstandigheden niet meer in staat is om zijn huidige functie uit te voeren, kunnen er verschillende opties worden overwogen om de werknemer te ondersteunen bij het vinden van ander werk. Twee veelvoorkomende mogelijkheden zijn een re-integratietraject spoor 2 en een outplacementtraject. Hoewel deze termen soms door elkaar worden gebruikt, zijn er enkele belangrijke verschillen tussen beide trajecten. In dit artikel zullen we het verschil tussen een re-integratiespoor 2 traject en een outplacementtraject bespreken.
Een re-integratietraject spoor 2 is gericht op werknemers die door langdurige ziekte, arbeidsbeperkingen of andere omstandigheden niet meer kunnen terugkeren naar hun oude functie, maar wel nog in staat zijn om in een andere functie werkzaam te zijn. Voor deze werknemers is er een verplichting voor de werkgever om te zorgen voor passend werk binnen de organisatie. Indien dat niet mogelijk is, zal er gezocht worden naar passende arbeid buiten de organisatie. Dit is het moment waarop een re-integratietraject spoor 2 kan worden ingezet.
Een spoor 2 traject wordt meestal opgestart door de werkgever, in overleg met de werknemer en de arbodienst, de arbeidsdeskundige of de bedrijfsarts. Tijdens dit traject wordt er gekeken naar de mogelijkheden en capaciteiten van de werknemer met betrekking tot ander werk. Er wordt gezocht naar banen bij andere werkgevers, waarbij de re-integratiebegeleider helpt met het vinden van passende vacatures, het opstellen van een cv en sollicitatiebrieven, en het voorbereiden op sollicitatiegesprekken. Het doel van een re-integratietraject spoor 2 is om de werknemer te helpen bij het vinden van nieuw werk zodat deze weer duurzaam aan de slag kan.
Een outplacementtraject daarentegen wordt meestal aangeboden door de werkgever aan werknemers die om welke reden dan ook hun baan verliezen. Dit kan het gevolg zijn van een reorganisatie, ontslag op basis van bedrijfseconomische redenen, of andere omstandigheden. Het doel van een outplacementtraject is om de werknemer te begeleiden bij het vinden van een nieuwe baan buiten de organisatie.
Bij een outplacementtraject wordt er meestal samengewerkt met een outplacementbureau of loopbaancoach. Deze ondersteunt de werknemer bij het in kaart brengen van zijn vaardigheden, interesses, en doelen. Vervolgens wordt er gezocht naar passende vacatures, worden er sollicitatievaardigheden getraind en kan er ondersteuning worden geboden bij het opstellen van een aantrekkelijk cv en sollicitatiebrief. Daarnaast biedt een outplacementtraject vaak emotionele ondersteuning en begeleiding bij het verwerken van het verlies van de oude baan.
Hoewel zowel een re-integratiespoor 2 traject als een outplacementtraject gericht zijn op het vinden van ander werk, zijn er duidelijke verschillen tussen beide trajecten. Een re-integratiespoor 2 traject is bedoeld voor werknemers die niet kunnen terugkeren naar hun oude functie, maar wel nog geschikt zijn voor ander werk, terwijl een outplacementtraject voornamelijk gericht is op werknemers die hun baan hebben verloren en op zoek zijn naar een nieuwe functie buiten de organisatie. Het is belangrijk om deze verschillen in gedachten te houden bij het kiezen van het juiste traject voor een werknemer, om zo de meest passende ondersteuning te bieden bij het vinden van nieuw werk.
Vragen of advies nodig over re-integratie spoor 1 eof 2? Neem contact op!
